zondag 20 mei 2007

artikel Joie de Vivre: mei/juni nummer 2007

Artikel in het mei/juni 2007 nummer van “JOIE DE VIVRE” Tekst Barbara Sanders fotografie Jorrit ‘t Hoen SPOEDCURSUS ITALIAANS Wat te doen als je dolgraag in korte tijd de prachtig Italiaanse taal zou willen beheersen? Dan ga je naar een workshop in Gameren waar je spelend en zingend een heerlijk Italiaans dagje beleeft. Talen leren vind ik meestal saai, en na een week ben ik alles alweer vergeten. Een talenwonder ben ik dan ook nooit geweest. Eigenlijk is het al een hele prestatie dat ik naast mijn moedertaal het Engels redelijk goed onder de knie heb gekregen. Overigens niet het resultaat van jarenlang Engelse les op school, maar van een Engels vakantievriendje ooit. Een snellere manier om een taal te leren bestaat er niet. Dacht ik. Tot ik hoorde van een workshop Italiaans waarbij je in één dag de basis van de Italiaanse taal onder de knie zou krijgen. Nou heb ik nog nooit ook maar overwogen om Italiaans te leren, maar dit leek me toch wel interessant. Als ik op zaterdagochtend aankom bij een pittoreske boerderij in Gameren, vlakbij Zaltbommel, zijn de andere cursisten er al. In totaal zijn we met zijn achten. En we zitten niet in een klaslokaal, maar in een gezellige woonkamer. Iedereen drinkt koffie met Brutti e Buoni, een zoete Italiaanse specialiteit uit de streek Varese. Ik voel me direct op mijn gemak. La signora Jacqueline blijkt niet zomaar de eerste de beste taaldocent. Zij is al meer dan tien jaar fulltime docent Italiaans bij Regina Coeli in Vught, oftewel bij 'de Nonnetjes van Vught’. Een instituut dat erom bekend staat dat zakenmensen, diplomaten en expats daar in korte tijd voor veel geld de basis leren van een moderne taal, waaronder het Italiaans. Daarnaast geeft Jacqueline een aantal keren per jaar ééndaagse workshops volgens de leermethode suggestopedie. Ze richt zich vooral op mensen die voor hun plezier Italiaans willen leren omdat ze bijvoorbeeld regelmatig naar Italië op vakantie gaan. Zo reist Gonnie twee keer per jaar met haar camper door Italië en maakt Michel deze zomer een boottocht langs de kust. Meezingen met Verdi De les begint. Barokke muziek klinkt op de achtergrond. Wat is dit? ‘We zijn vandaag in de provincie Varese in het noorden van Italië’, vertelt Jacqueline. ‘Varese is één van de mooiste provincies van Italië met veel meren en rivieren en een prachtige natuur.’ Jacqueline wijst naar de posters aan de muren. Ik kijk enigszins onwennig om me heen; het is me nog niet helemaal duidelijk wat hier gaat gebeuren. We krijgen bladmuziek van Verdi’s ‘Rigoletto’ voor onze neus. Terwijl Jacqueline de bijbehorende muziek opzet, zingen we mee met de tekst: ‘La donna è mobile qual pluma al vento’, oftewel: de vrouw is wispelturig als een veertje in de wind. Je hoeft geen Italiaan te zijn om deze tekst op waarde te schatten. Ik begin langzaam door te krijgen dat dit heel ander taalonderwijs dan ik gewend ben en het bevalt me wel. De espresso met Brutti e Buoni, de kaarten van Italië aan de muur, de barokmuziek en de mediterrane ruimte blijken niet louter voor de gezelligheid te zijn. Alles maakt onderdeel uit van de suggestopediemethode oftewel Super Learning. Het gaat erom dat door middel van spel, associatie en muziek al je zintuigen worden geprikkeld, waardoor je de lesstof makkelijker opneemt. Om het allemaal nog wat echter te maken, krijgen we ook allemaal een andere naam en identiteit. Ik heet vandaag Mirella Miracoli en ik ben pilota (pilote). We beginnen met iets dat lijkt op Pictionary. ‘Een handgranaat!’, roept Henk, alias Francesco Forza heel flauw wanneer Jos, Elena Emozioni haar lievelingsfruit op het bord tekent. Het moet een framboos voorstellen. Opeens begrijp ik dat Jacqueline ons dit laat tekenen om gemakkelijker de link te leggen tussen het Italiaanse woord en het getekende. Zo slaan we het op in ons langetermijngeheugen, en dat is precies het geheugen dat je wilt aanspreken. Dan weet ik tenminste over een jaar nog steeds dat Il fico een vijg is. ‘Let wel op dat je niet per ongeluk fica besteld , een vrouwelijke groenteman zou kunnen denken dat je haar uitscheldt voor het vrouwelijke geslachtsdeel of dat je haar een lekker ding vindt, zegt Jacqueline. Oei, dat moeten we onthouden. Il pranzo oftewel een eetfeestijn Volgens Jacqueline is de lunch voor Italianen de belangrijkste maaltijd van de dag. Dat blijkt als ze ons even later aan een lange gedekte tafel plaats laat nemen. Hoe kan het anders dan dat we pasta, insalata caprese, en gegrilde groenten geserveerd krijgen. Aan weerszijden van ons bord liggen een vork en een mes. Geen lepel. Jacqueline merkt m’n verbazing op. Ze vertelt dat Italianen die lepel helemaal niet gebruiken bij het eten van pasta, ze eten alleen met hun vork. Hoezee! Nooit meer dat vreselijke draaispektakel met die vork op die lepel. Ik heb het altijd al een idiote gewoonte gevonden en kreeg er bijna een muisarm van. Salute! We proosten met een heerlijke wijn. Jacqueline vertelt verder over Italiaanse gebruiken: ‘Eten is heel belangrijk en Italianen maken bijna al hun eten zelf. Ze kopen overigens meestal alleen de groenten die het seizoen biedt. Mocht je ooit ergens last minute aan tafel worden uitgenodigd, dan zal het je opvallen hoe uitgebreid ze eten, terwijl ze niet eens op bezoek hadden gerekend. Wat wij alleen voor speciale gelegenheden doen, dat doen zij altijd. Ze geven elkaar overigens ingepotte groenten en zelfgemaakte delicatessen cadeau.Bloemen daarentegen worden in principe alleen gebruikt bij begrafenissen, bruiloften en doopfeesten. ’ Na het heerlijke maal drinken we espresso met Cantuccini koekjes die je traditioneel hoort te dopen in Vin Santo of een ander Italiaanse digestief. Nu begrijp ik ook waarom die amandelkoekjes altijd zo droog zijn. Ik ben blij dat ik me heb ingehouden met de drank bij het eten, want ik wil niet dat mijn aandacht wegzakt. Arrivederci Varese Gelukkig komt Jacqueline weer met een verrassende oefening zodat ik me daar met of zonder wijn geen zorgen over hoef te maken. Een Italiaans scenario: een conversatie die zich afspeelt in Bar Milano in Gavirate, een schattig plaatsje aan het meer van Varese. Op de achtergrond klinkt opnieuw barokmuziek en Jacqueline begint de conversatie voor te lezen met een afwisselend harde en zachte stem. Eugenio vraagt aan Arrigo hoe het met hem gaat. ‘Non c’è male’ antwoordt hij, oftewel: niet slecht. Jacqueline legt uit: ‘Italianen zullen nooit ronduit toegeven dat het goed met ze gaat, omdat ze dan niet met elkaar kunnen kletsen.’ Wel begrijpelijk vind ik, als je zo’n mooie taal spreekt. Het is leuk om jezelf volzinnen in het Italiaans te horen zeggen en iets te leren over omgangsvormen in Italië. We oefenen de Italiaanse mondklanken in tegenstelling tot de Nederlandse keelklanken - iets wat we ook thuis voor de spiegel nog eens moeten gaan oefenen. Het belangrijkste van deze workshop is volgens Jacqueline dat we ons verstaanbaar kunnen maken. Italianen zijn namelijk over het algemeen altijd bereid je te helpen, ook al spreek je maar twee woorden Italiaans. Zelf spreken ze niet zo gemakkelijk een andere taal. Dat is hoopgevend. Een truc om onze woordenschat uit te breiden is volgens Jacqueline om de bijvoeglijke naamwoorden tegelijk met de tegenstellingen leren. ‘Dan pak je meteen twee woorden.’ Op deze manier leren we spelenderwijs de dagen van de week, de sterrenbeelden, de meervoudsvormen, cijfers en ook nog de belangrijkste werkwoordvervoegingen. Na elke oefening herhalen we het geleerde door middel van een balspel. Als ik de bal vang, herhaal ik een zin en als ik de bal gooi ook. Geen moment zak ik weg, verlies ik mijn aandacht of voel ik me een kneus. Het gaat allemaal heel snel, en zonder dat ik er erg in heb verstrijkt de tijd. Jacqueline zet opnieuw muziek op en beschrijft hoe we de streek Varese door de Gottard-tunnel verlaten. Onze workshop Italiaans zit erop. Het is tijd voor de borrel met prosecco en borrelhapjes. Met enige moeite transformeer ik van Mirella Miracoli terug naar Barbara. In ieder geval kan ik de weg naar huis in het Italiaans vragen, en nu maar hopen dat de man van het tankstation in Zaltbommel me begrijpt. Italiaanse koffie ABC Elke Italiaan heeft recht op koffie. Daarom geldt er een vaste prijs voor aan de bar. Als toerist profiteer je hier ook van, tenzij je gaat zitten, dan betaal je het drievoudige. Bestel je koffie, caffè, dan krijg je een espresso en drink je je koffie liever anders, hou dan dit lijstje bij de hand: Caffè americano, een koffie met veel water (vergelijkbaar met Nederlandse filterkoffie) Caffè corretto is een koffie met grappa , cognac enz. Caffè doppio is een dubbele espresso Caffè freddo is een koude koffie Caffè latte is een koffie met veel melk Caffè lungo is een espresso met iets meer water Caffè macchiato is een espresso met een klein beetje warme of koude melk Caffè ristretto is weinig koffie en heel sterk

1 reacties:

Op 20 mei 2007 om 08:02 , Blogger Vrootje zei...

Ha Carolina,

Leuk artikel!! Goede PR en terecht. Ik was weer even bij je terug in Gameren/Varese...

 

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage